Tussenstop in Berastagi

3 juni 2019 - Berastagi, Indonesië

Tussenstop in Berastagi 

Donderdagochtend zijn wij uit het mooie Ketambe vertrokken. Samen met Sanne en Jan hadden wij een gedeelde taxi die ons in zes uur naar Berastagi bracht. De afstand is niet eens zo heel groot maar de wegen zijn zo slecht en bochtig dat het niet snel gaat. Gelukkig hadden wij ons goed ingelezen en was dat iets waar wij vanaf het begin al rekening mee hielden. Berastagi zelf is niet zo bijsterinteressant, het zijn meer de bezienswaardigheden in de omgeving. Er zijn onder andere twee vulkanen waarvan er één, de Sinabung, een paar weken geleden actief was. De tweede is de Sibayak en kan je beklimmen. Wíj hadden maar één dag en moesten een keuze maken. Omdat het vrijdag een bewolkte dag was, hebben wij voor een scootertocht gekozen. Samen met Sanna en Jan hebben wij ons in het drukke verkeer gewaagd en zijn naar Dokan gereden. Dokan is een traditioneel Karo dorp waar nog prachtige originele Karo-huizen staan. Voor de bouw van deze huizen worden alleen maar natuurlijke materialen gebruikt, er komt geen spijker aan te pas. Toe wij daar als enige toerist rondliepen, werden wij door een man aangesproken. Hij vertelde ons spontaan iets over de Karo gemeenschap en de huizen. Tot onze verbazing werden wij ook nog uitgenodigd in één van de grootste huizen. Je stapt namelijk wel even in het privéleven van een aantal mensen. Er leven acht families onder één dak. Iedere familie heeft een soort van eigen plek van twee bij twee meter en ook een door een gordijn afgescheiden privéplek van twee bij twee meter dat tevens als het bed dient. In het huis bevinden zich vier kookeilanden. Het hele huis is zwart doorrookt van het houtvuur. Daarom staan deze huizen er na 150 jaar nog steeds. Insecten kunnen deze doorrookte huizen niet aantasten. Het was heel bijzonder om te zien hoe de gezinnen in harmonie met elkaar leven. En het kan ook bijna niet anders want als je je niet gedraagt, wordt je eruit gezet. Wij voelden ons echt bevoorrecht dat wij dit mochten meemaken. Toen wij vroegen of wij ergens een kop koffie konden kopen, begeleidde dezelfde man ons naar een koffietentje waar wij een kopje Karo-koffie kochten. Ze hebben naast het dorp een eigen koffieplantages en hebben zo hun inkomsten. Wíj lieten het ons goed smaken want de kwaliteit van de koffie was uitstekend. Hierna zijn wij naar één van de grootste watervallen van Indonesië, de Sipisopiso, gereden. Zo’n natuurwonder blijft altijd prachtig om te zien. De waterval stort zich 120 meter naar beneden en spat uiteen op de rotsen waarna het als een kabbelende rivier verder gaat. Om beneden te komen moest je eerst wel 1020 treden, of wat daar van over was, aflopen. Als je niet nat was van de inspanning dan werd je dat onderin wel. Het water daalde als motregen op ons neer. Omdat ze vergeten waren een lift te bouwen moesten wij ook die 1020 trappen weer omhoog. Een vermoeiende bezigheid kunnen wij jullie vertellen. Daarom al schuilend voor een klein buitje ons beloond met een verkoelend ijsje. Terug in Berastagi zijn wij nog even naar een uitzichtpunt gereden vanaf waar wij een goed uitzicht hadden op beide vulkanen. Ondanks de bewolking blijft dat een imposant gezicht. De dag werd afgesloten op de avondmarkt waarbij wij in één van de tentjes van het streetfood genoten. Het smaakte prima maar toch kreeg Coen ’s-nachts last van buikloop. Part of the deal zullen wij maar zeggen. Het duurde overigens maar één nachtje. Zaterdagochtend hebben wij afscheid genomen van Sanna en Jan en zijn wij met een gedeelde taxi naar Parapat bij Lake Toba gereden. Een rit van 114 km waar je met een korte tussenstop 3 1/2 uur over doet. Over Lake Toba de volgende keer meer.

Coen en Lia 
 

Foto’s

1 Reactie

  1. Coen en Lia:
    20 juli 2019
    Tijdens het maken van het fotoboek kwamen wij er achter dat het verhaal van Berastagi ontbrak. Bij deze alsnog haha. Wij willen het verslag natuurlijk wel compleet hebben.