Sultan Quaboos Moskee en Nakhal Fort

Vanmorgen waren wij al vroeg op pad om de Sultan Quaboos Moskee te bezoeken. De moskee is van 8 tot 11 uur voor de toeristen toegankelijk. Iedere bezoeker moet tot de enkels bedekt zijn. De dames moeten zelfs een shirt met lange mouwen, tot aan de polsen, aan. Een decolleté is uit den boze. Uiteraard mag een hoofddoek ook niet ontbreken. Wij waren hier op voorbereid, dus voor ons geen verassingen. De moskee is een geschenk van de Sultan aan de bevolking en is in 2001, na een bouw van zes jaar, geopend. Zodra je door de poort het terrein betreed zie je meteen de schoonheid van het complex. Mooi aangelegde en onderhouden gazons en bloemperken en in het midden de moskee met de vijf minaretten eromheen. De vijf minaretten symboliseren de vijf pijlers van de Islam. Kosten noch moeite zijn gespaard. De beste architecten en de beste materialen hebben bijgedragen aan een indrukwekkend mooie moskee. Er zijn 2 gebedsruimtes, een voorhof, een binnenplaats en 2 mooie bogengalerijen. De hoofdgebedsruimte biedt plaats aan 6500 gelovigen. De gebedsruimte voor vrouwen kan 700 vrouwen herbergen. Op het totale complex is plaats voor 20.000 gelovigen. In het bouwwerk is enorm veel Italiaans marmer verwerkt. In de hoofdgebedsruimte ligt één van de grootste(sommige zeggen de grootste) Perzische tapijten van de wereld. 600 Professionele Iraanse knoopsters hebben 4 jaar lang aan het handgeknoopte tapijt gewerkt. Het bestaat uit één stuk en weegt 21 ton. De blikvanger is toch wel de enorme kroonluchter in de hoofdgebedsruimte. Zodra je deze ruimte binnenstapt worden je ogen er meteen naartoe getrokken. De kroonluchter is in Duitsland van Swarovski kristal gemaakt en heeft 1122 lampen, is 14 meter hoog en weegt 8 ton. Een waar pronkstuk. De architectuur van de ruimten met zijn vele bogen maken dit complex zeer fotogeniek. Gezien de drukte is het helaas vrijwel onmogelijk om dit zonder andere mensen erop vast te leggen. Een bezoek aan deze moskee is een must-do als je Muscat bezoekt. Wat een prachtig en indrukwekkend begin van de dag. Het kwik was inmiddels tot 33 graden gestegen en we waren blij dat de lange broek en het shirt met lange mouwen uitkon. De airco in de auto deed zijn werk en al snel waren we weer afgekoeld. De volgende bestemming was het Nakhal Fort. Omdat Muscat langgerekt maar niet breed is, zaten we al snel op de autoweg. De wegen zijn perfect en zodra je Muscat achter je laat ook vrij rustig. Je moet alleen de snelheidsmeter in de gaten houden want er zijn ontzettend veel radarcontroles. De cruisecontrol is dus veel gebruikt. Het Nakhal Fort dateert uit de 17e eeuw en bestaat voor een groot gedeelte uit leem. Dit soort constructies hebben wij eerder in Marokko ook gezien. Er zijn ook funderingen gevonden die er op duiden dat er al eerder een fortificatie aanwezig was. De entreeprijs was 2 Omaanse rial( 5 euro). Het was er erg rustig zodat wij op ons gemak alles goed konden bekijken. De ligging is prachtig met aan de ene kant de vlakte met dadelpalmen en aan de andere kant de uitlopers van het Hajar gebergte. Ook dit was het bezoek meer dan waard. Bij een paar Omaanse vrouwen hebben wij heerlijke poffertjes en een broodje gekocht zodat de maag ook weer gevuld was. Het bezoek aan het Rustaq fort viel in het water. Niet letterlijk natuurlijk maar het fort was vanwege renovatie gesloten en stond volop in de steigers. De route naar Rustaq via de uitlopers van het ruige Hajar gebergte vergoede veel. Op de terugweg naar Muscat hebben we nog een klein uitstapje naar Wadi Al Hoqain gemaakt. Er stond bijna geen water in de Wadi maar de omgeving was prachtig groen. Terug bij het hotel bleek dat we zomaar 325 km op de teller hadden staan, oeps. Onderweg ook nog even getankt en dat is wel een verschilletje met Nederland zeg. Een liter 95 ongelood kost je het fijne bedrag van omgerekend 60 cent. Dan sta je toch wel even lachend te tanken. In het hotel konden wij in de schemering nog even afkoelen in  het zwembad en de indrukken laten bezinken. Wat een dag. We zijn nu al verliefd op dit land.